Vervoeging van vrijhouden

Onbepaalde wijs (infinitief): vrijhouden

Vertaling: riservare

Nederlands

Italiaans

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik houd vrij
  • jij houdt vrij
  • hij/zij/het houdt vrij
  • wij houden vrij
  • jullie houden vrij
  • zij houden vrij

Presente

  • io riservo
  • tu riservi
  • lui/lei/Lei riserva
  • noi riserviamo
  • voi/Voi riservate
  • loro/Loro riservano

Onvoltooid verleden tijd

  • ik hield vrij
  • jij hield vrij
  • hij/zij/het hield vrij
  • wij hielden vrij
  • jullie hielden vrij
  • zij hielden vrij

Imperfetto

  • io riservavo
  • tu riservavi
  • lui/lei/Lei riservava
  • noi riservavamo
  • voi/Voi riservavate
  • loro/Loro riservavano

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb vrijgehouden
  • jij hebt vrijgehouden
  • hij/zij/het heeft vrijgehouden
  • wij hebben vrijgehouden
  • jullie hebben vrijgehouden
  • zij hebben vrijgehouden

Passato prossimo

  • io ho riservato
  • tu hai riservato
  • lui/lei/Lei ha riservato
  • noi abbiamo riservato
  • voi/Voi avete riservato
  • loro/Loro hanno riservato

Voltooid verleden tijd

  • ik had vrijgehouden
  • jij had vrijgehouden
  • hij/zij/het had vrijgehouden
  • wij hadden vrijgehouden
  • jullie hadden vrijgehouden
  • zij hadden vrijgehouden

Trapassato prossimo

  • io avevo riservato
  • tu avevi riservato
  • lui/lei/Lei aveva riservato
  • noi avevamo riservato
  • voi/Voi avevate riservato
  • loro/Loro avevano riservato

Toekomende tijd I

  • ik zal vrijhouden
  • jij zult vrijhouden
  • hij/zij/het zal vrijhouden
  • wij zullen vrijhouden
  • jullie zullen vrijhouden
  • zij zullen vrijhouden

Futuro semplice

  • io riserverò
  • tu riserverai
  • lui/lei/Lei riserverà
  • noi riserveremo
  • voi/Voi riserverete
  • loro/Loro riserveranno

Toekomende tijd II

  • ik zal vrijgehouden hebben
  • jij zult vrijgehouden hebben
  • hij/zij/het zal vrijgehouden hebben
  • wij zullen vrijgehouden hebben
  • jullie zullen vrijgehouden hebben
  • zij zullen vrijgehouden hebben

Futuro anteriore

  • io avrò riservato
  • tu avrai riservato
  • lui/lei/Lei avrà riservato
  • noi avremo riservato
  • voi/Voi avrete riservato
  • loro/Loro avranno riservato

Conditionalis I

  • ik zou vrijhouden
  • jij zou vrijhouden
  • hij/zij/het zou vrijhouden
  • wij zouden vrijhouden
  • jullie zouden vrijhouden
  • zij zouden vrijhouden

Condizionale presente

  • io riserverei
  • tu riserveresti
  • lui/lei/Lei riserverebbe
  • noi riserveremmo
  • voi/Voi riservereste
  • loro/Loro riserverebbero

Conditionalis II

  • ik zou hebben vrijgehouden
  • jij zou hebben vrijgehouden
  • hij/zij/het zou hebben vrijgehouden
  • wij zouden hebben vrijgehouden
  • jullie zouden hebben vrijgehouden
  • zij zouden hebben vrijgehouden

Condizionale passato

  • io avrei riservato
  • tu avresti riservato
  • lui/lei/Lei avrebbe riservato
  • noi avremmo riservato
  • voi/Voi avreste riservato
  • loro/Loro avrebbero riservato

Imperatief

  • jij houd vrij
  • jullie houdt vrij

Imperativo

  • tu riserva
  • voi/Voi riservate

Verwijzingen

Bekijk 1 definitie(s) van vrijhouden