Vervoeging van condone
Onbepaalde wijs (infinitief): to condone
Engels
Nederlands
Present
- I condone
- you condone
- he/she/it condones
- we condone
- you condone
- they condone
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik zie aan
- jij ziet aan
- hij/zij/het ziet aan
- wij zien aan
- jullie zien aan
- zij zien aan
Simple past
- I condoned
- you condoned
- he/she/it condoned
- we condoned
- you condoned
- they condoned
Onvoltooid verleden tijd
- ik zag aan
- jij zag aan
- hij/zij/het zag aan
- wij zagen aan
- jullie zagen aan
- zij zagen aan
Present perfect
- I have condoned
- you have condoned
- he/she/it has condoned
- we have condoned
- you have condoned
- they have condoned
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb aangezien
- jij hebt aangezien
- hij/zij/het heeft aangezien
- wij hebben aangezien
- jullie hebben aangezien
- zij hebben aangezien
Past perfect
- I had condoned
- you had condoned
- he/she/it had condoned
- we had condoned
- you had condoned
- they had condoned
Voltooid verleden tijd
- ik had aangezien
- jij had aangezien
- hij/zij/het had aangezien
- wij hadden aangezien
- jullie hadden aangezien
- zij hadden aangezien
Future
- I will condone
- you will condone
- he/she/it will condone
- we will condone
- you will condone
- they will condone
Toekomende tijd I
- ik zal aanzien
- jij zult aanzien
- hij/zij/het zal aanzien
- wij zullen aanzien
- jullie zullen aanzien
- zij zullen aanzien
Future perfect
- I will have condoned
- you will have condoned
- he/she/it will have condoned
- we will have condoned
- you will have condoned
- they will have condoned
Toekomende tijd II
- ik zal aangezien hebben
- jij zult aangezien hebben
- hij/zij/het zal aangezien hebben
- wij zullen aangezien hebben
- jullie zullen aangezien hebben
- zij zullen aangezien hebben
Conditional present
- I would condone
- you would condone
- he/she/it would condone
- we would condone
- you would condone
- they would condone
Conditionalis I
- ik zou aanzien
- jij zou aanzien
- hij/zij/het zou aanzien
- wij zouden aanzien
- jullie zouden aanzien
- zij zouden aanzien
Conditional perfect
- I would have condoned
- you would have condoned
- he/she/it would have condoned
- we would have condoned
- you would have condoned
- they would have condoned
Conditionalis II
- ik zou hebben aangezien
- jij zou hebben aangezien
- hij/zij/het zou hebben aangezien
- wij zouden hebben aangezien
- jullie zouden hebben aangezien
- zij zouden hebben aangezien
Imperative
- you condone
- you condone
Imperatief
- jij zie aan
- jullie ziet aan