Vervoeging van publish

Engels

Nederlands

Present

  • I publish
  • you publish
  • he/she/it publishes
  • we publish
  • you publish
  • they publish

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik geef uit
  • jij geeft uit
  • hij/zij/het geeft uit
  • wij geven uit
  • jullie geven uit
  • zij geven uit

Simple past

  • I published
  • you published
  • he/she/it published
  • we published
  • you published
  • they published

Onvoltooid verleden tijd

  • ik gaf uit
  • jij gaf uit
  • hij/zij/het gaf uit
  • wij gaven uit
  • jullie gaven uit
  • zij gaven uit

Present perfect

  • I have published
  • you have published
  • he/she/it has published
  • we have published
  • you have published
  • they have published

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik heb uitgegeven
  • jij hebt uitgegeven
  • hij/zij/het heeft uitgegeven
  • wij hebben uitgegeven
  • jullie hebben uitgegeven
  • zij hebben uitgegeven

Past perfect

  • I had published
  • you had published
  • he/she/it had published
  • we had published
  • you had published
  • they had published

Voltooid verleden tijd

  • ik had uitgegeven
  • jij had uitgegeven
  • hij/zij/het had uitgegeven
  • wij hadden uitgegeven
  • jullie hadden uitgegeven
  • zij hadden uitgegeven

Future

  • I will publish
  • you will publish
  • he/she/it will publish
  • we will publish
  • you will publish
  • they will publish

Toekomende tijd I

  • ik zal uitgeven
  • jij zult uitgeven
  • hij/zij/het zal uitgeven
  • wij zullen uitgeven
  • jullie zullen uitgeven
  • zij zullen uitgeven

Future perfect

  • I will have published
  • you will have published
  • he/she/it will have published
  • we will have published
  • you will have published
  • they will have published

Toekomende tijd II

  • ik zal uitgegeven hebben
  • jij zult uitgegeven hebben
  • hij/zij/het zal uitgegeven hebben
  • wij zullen uitgegeven hebben
  • jullie zullen uitgegeven hebben
  • zij zullen uitgegeven hebben

Conditional present

  • I would publish
  • you would publish
  • he/she/it would publish
  • we would publish
  • you would publish
  • they would publish

Conditionalis I

  • ik zou uitgeven
  • jij zou uitgeven
  • hij/zij/het zou uitgeven
  • wij zouden uitgeven
  • jullie zouden uitgeven
  • zij zouden uitgeven

Conditional perfect

  • I would have published
  • you would have published
  • he/she/it would have published
  • we would have published
  • you would have published
  • they would have published

Conditionalis II

  • ik zou hebben uitgegeven
  • jij zou hebben uitgegeven
  • hij/zij/het zou hebben uitgegeven
  • wij zouden hebben uitgegeven
  • jullie zouden hebben uitgegeven
  • zij zouden hebben uitgegeven

Imperative

  • you publish
  • you publish

Imperatief

  • jij geef uit
  • jullie geeft uit

Verwijzingen

Bekijk 4 definitie(s) van publish