Vervoeging van seethe
Onbepaalde wijs (infinitief): to seethe
Engels
Nederlands
Present
- I seethe
- you seethe
- he/she/it seethes
- we seethe
- you seethe
- they seethe
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik verrol
- jij verrolt
- hij/zij/het verrolt
- wij verrollen
- jullie verrollen
- zij verrollen
Simple past
- I seethed
- you seethed
- he/she/it seethed
- we seethed
- you seethed
- they seethed
Onvoltooid verleden tijd
- ik verrolde
- jij verrolde
- hij/zij/het verrolde
- wij verrolden
- jullie verrolden
- zij verrolden
Present perfect
- I have seethed
- you have seethed
- he/she/it has seethed
- we have seethed
- you have seethed
- they have seethed
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb verrold
- jij hebt verrold
- hij/zij/het heeft verrold
- wij hebben verrold
- jullie hebben verrold
- zij hebben verrold
Past perfect
- I had seethed
- you had seethed
- he/she/it had seethed
- we had seethed
- you had seethed
- they had seethed
Voltooid verleden tijd
- ik had verrold
- jij had verrold
- hij/zij/het had verrold
- wij hadden verrold
- jullie hadden verrold
- zij hadden verrold
Future
- I will seethe
- you will seethe
- he/she/it will seethe
- we will seethe
- you will seethe
- they will seethe
Toekomende tijd I
- ik zal verrollen
- jij zult verrollen
- hij/zij/het zal verrollen
- wij zullen verrollen
- jullie zullen verrollen
- zij zullen verrollen
Future perfect
- I will have seethed
- you will have seethed
- he/she/it will have seethed
- we will have seethed
- you will have seethed
- they will have seethed
Toekomende tijd II
- ik zal verrold hebben
- jij zult verrold hebben
- hij/zij/het zal verrold hebben
- wij zullen verrold hebben
- jullie zullen verrold hebben
- zij zullen verrold hebben
Conditional present
- I would seethe
- you would seethe
- he/she/it would seethe
- we would seethe
- you would seethe
- they would seethe
Conditionalis I
- ik zou verrollen
- jij zou verrollen
- hij/zij/het zou verrollen
- wij zouden verrollen
- jullie zouden verrollen
- zij zouden verrollen
Conditional perfect
- I would have seethed
- you would have seethed
- he/she/it would have seethed
- we would have seethed
- you would have seethed
- they would have seethed
Conditionalis II
- ik zou hebben verrold
- jij zou hebben verrold
- hij/zij/het zou hebben verrold
- wij zouden hebben verrold
- jullie zouden hebben verrold
- zij zouden hebben verrold
Imperative
- you seethe
- you seethe
Imperatief
- jij verrol
- jullie verrolt