Vervoeging van sex
Onbepaalde wijs (infinitief): to sex
Engels
Nederlands
Present
- I sex
- you sex
- he/she/it sexes
- we sex
- you sex
- they sex
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik seks
- jij sekst
- hij/zij/het sekst
- wij seksen
- jullie seksen
- zij seksen
Simple past
- I sexed
- you sexed
- he/she/it sexed
- we sexed
- you sexed
- they sexed
Onvoltooid verleden tijd
- ik sekste
- jij sekste
- hij/zij/het sekste
- wij seksten
- jullie seksten
- zij seksten
Present perfect
- I have sexed
- you have sexed
- he/she/it has sexed
- we have sexed
- you have sexed
- they have sexed
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb gesekst
- jij hebt gesekst
- hij/zij/het heeft gesekst
- wij hebben gesekst
- jullie hebben gesekst
- zij hebben gesekst
Past perfect
- I had sexed
- you had sexed
- he/she/it had sexed
- we had sexed
- you had sexed
- they had sexed
Voltooid verleden tijd
- ik had gesekst
- jij had gesekst
- hij/zij/het had gesekst
- wij hadden gesekst
- jullie hadden gesekst
- zij hadden gesekst
Future
- I will sex
- you will sex
- he/she/it will sex
- we will sex
- you will sex
- they will sex
Toekomende tijd I
- ik zal seksen
- jij zult seksen
- hij/zij/het zal seksen
- wij zullen seksen
- jullie zullen seksen
- zij zullen seksen
Future perfect
- I will have sexed
- you will have sexed
- he/she/it will have sexed
- we will have sexed
- you will have sexed
- they will have sexed
Toekomende tijd II
- ik zal gesekst hebben
- jij zult gesekst hebben
- hij/zij/het zal gesekst hebben
- wij zullen gesekst hebben
- jullie zullen gesekst hebben
- zij zullen gesekst hebben
Conditional present
- I would sex
- you would sex
- he/she/it would sex
- we would sex
- you would sex
- they would sex
Conditionalis I
- ik zou seksen
- jij zou seksen
- hij/zij/het zou seksen
- wij zouden seksen
- jullie zouden seksen
- zij zouden seksen
Conditional perfect
- I would have sexed
- you would have sexed
- he/she/it would have sexed
- we would have sexed
- you would have sexed
- they would have sexed
Conditionalis II
- ik zou hebben gesekst
- jij zou hebben gesekst
- hij/zij/het zou hebben gesekst
- wij zouden hebben gesekst
- jullie zouden hebben gesekst
- zij zouden hebben gesekst
Imperative
- you sex
- you sex
Imperatief
- jij seks
- jullie sekst