Vervoeging van vitrify
Onbepaalde wijs (infinitief): to vitrify
Engels
Nederlands
Present
- I vitrify
- you vitrify
- he/she/it vitrifies
- we vitrify
- you vitrify
- they vitrify
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik verglaas
- jij verglaast
- hij/zij/het verglaast
- wij verglazen
- jullie verglazen
- zij verglazen
Simple past
- I vitrified
- you vitrified
- he/she/it vitrified
- we vitrified
- you vitrified
- they vitrified
Onvoltooid verleden tijd
- ik verglaasde
- jij verglaasde
- hij/zij/het verglaasde
- wij verglaasden
- jullie verglaasden
- zij verglaasden
Present perfect
- I have vitrified
- you have vitrified
- he/she/it has vitrified
- we have vitrified
- you have vitrified
- they have vitrified
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb verglaasd
- jij hebt verglaasd
- hij/zij/het heeft verglaasd
- wij hebben verglaasd
- jullie hebben verglaasd
- zij hebben verglaasd
Past perfect
- I had vitrified
- you had vitrified
- he/she/it had vitrified
- we had vitrified
- you had vitrified
- they had vitrified
Voltooid verleden tijd
- ik had verglaasd
- jij had verglaasd
- hij/zij/het had verglaasd
- wij hadden verglaasd
- jullie hadden verglaasd
- zij hadden verglaasd
Future
- I will vitrify
- you will vitrify
- he/she/it will vitrify
- we will vitrify
- you will vitrify
- they will vitrify
Toekomende tijd I
- ik zal verglazen
- jij zult verglazen
- hij/zij/het zal verglazen
- wij zullen verglazen
- jullie zullen verglazen
- zij zullen verglazen
Future perfect
- I will have vitrified
- you will have vitrified
- he/she/it will have vitrified
- we will have vitrified
- you will have vitrified
- they will have vitrified
Toekomende tijd II
- ik zal verglaasd hebben
- jij zult verglaasd hebben
- hij/zij/het zal verglaasd hebben
- wij zullen verglaasd hebben
- jullie zullen verglaasd hebben
- zij zullen verglaasd hebben
Conditional present
- I would vitrify
- you would vitrify
- he/she/it would vitrify
- we would vitrify
- you would vitrify
- they would vitrify
Conditionalis I
- ik zou verglazen
- jij zou verglazen
- hij/zij/het zou verglazen
- wij zouden verglazen
- jullie zouden verglazen
- zij zouden verglazen
Conditional perfect
- I would have vitrified
- you would have vitrified
- he/she/it would have vitrified
- we would have vitrified
- you would have vitrified
- they would have vitrified
Conditionalis II
- ik zou hebben verglaasd
- jij zou hebben verglaasd
- hij/zij/het zou hebben verglaasd
- wij zouden hebben verglaasd
- jullie zouden hebben verglaasd
- zij zouden hebben verglaasd
Imperative
- you vitrify
- you vitrify
Imperatief
- jij verglaas
- jullie verglaast